De Frontlijn
De Blitzkrieg mislukt als de Duitse legers vastlopen aan de Marne (6-9 september 1914 “Slag aan de Marne”). Ook de koers naar de Noordzee-havens loopt vast: Antwerpen wordt op 9 oktober ingenomen maar het Belgische leger houdt stand op de linkeroever van de IJzer door op 29 oktober 1914 het gebied tussen de IJzer en de spoorweg tussen Nieuwpoort en Diksmuide onder water te zetten.
De geplande bewegingsoorlog werd een loopgravenoorlog.
IJzerfront & Ieperboog
In België liep het front vier jaar lang door West-Vlaanderen: het liep van de duinen en stranden in Nieuwpoort langs de IJzer over Diksmuide, via het kanaal Ieper-IJzer richting Ieper waar het oostelijk in een boog omheen liep (de Ieperboog of de Ypres Salient). Het passeerde Wijtschate en Ploegsteert (de Wijtschateboog of de Messines Ridge). Vandaar liep het verder door het Noord-Franse heuvelland.
De Duitsers moeten de kanaalhavens Duinkerke en Calais innemen om de bevoorrading van de Franse en Britse troepen af te snijden. De Vlaamse heuvelrug versperren de weg naar die havens en de strijd is bikkelhard en meedogenloos. De geallieerden verdedigen de heuvels kost wat kost; Britse en Franse troepen slagen erin de Duitsers tot stilstand te brengen. Uitgeput van de zware gevechten en met de winter voor de deur, graven de vijandelijke legers zich in en de bewegingsoorlog wordt een loopgravenoorlog.
Het kaartje van de Ieperboog (Salient) toont in de volle lijn de frontlijn tijdens de Eerste Slag bij Ieper in 1914 en in de onderbroken lijn het verplaatste front in de richting van Ieper tijdens de Gasaanval van 1915
Herinneringsbomen
Er was nood aan een duidelijke wijze om het frontgebied en met name de eerste ingegraven frontlijnen of gevechtslinies, in het huidige landschap leesbaar te maken voor de bezoeker.
Op die wijze krijgt ook het begrip ‘Niemandsland’ vorm en inhoud, zeker wanneer blijkt dat de beide frontlijnen jarenlang op minder dan 30 meter van elkaar verwijderd bleven.
Als merkteken voor de eerste frontlijnen werd gekozen voor 130 hoogstammige bomen, steeds voorzien van een boomkorf, aangeplant op plaatsen waar de belangrijkste, meest langdurige eerste frontlijnen geschikte terreinen dwarsen of doorsnijden.
Geïnspireerd door het kleurgebruik op de geallieerde frontlijnkaarten, zijn de boomkorven op de Geallieerde frontlijn voorzien van een blauwe bovenrand, de boomkorven op de Duitse frontlijn van een rode bovenrand.
Er werd gekozen voor de olm, ‘Ulmus lutece’. Olmen waren immers de meest algemene boomsoort in het begin van de 20ste eeuw, die ook in het frontlandschap alom tegenwoordig was. Door de aanplanting van (dit nieuwe, resistente ras van) de olm, wordt op symbolische wijze deze belangrijke soort in ere hersteld.
In de Apple App Store en Google Play Store kan je gratis de mobiele applicatie Ypres salient 1914-1918 Trees downloaden .
Westelijk front
Het westfront in de Eerste Wereldoorlog was 750 km lang, van de Belgische kust (Nieuwpoort), door Frankrijk tot aan de Zwitserse grens (Belfort).
Tussen 1914 en 1918 veranderde het verloop van het westfront nauwelijks, het bestond aan beide zijden voornamelijk uit loopgraven. Aan de ene kant ‘de geallieerden’: de triple entente Frankrijk, Rusland, Verenigd Koninkrijk aangevuld met ondermeer Servië, Montenegro, Japan, Italië, Portugal, Roemenië, Griekenland, Verenigde Staten, China, Brazilië, Panama. Aan de andere kant het Duitse Keizerrijk.
Demarcatiepalen
Over de hele lengte van het westelijk front, van de Noordzee tot aan de Zwitserse grens, werd “de verste Duitse opmars” in de jaren 1922-1925 op de belangrijkste punten aangeduid met ‘demarcatiepalen’:
Het idee en het ontwerp komt van de Franse beeldhouwer en oud-strijder Paul Moreau-Vauthier (vandaar: borne Vauthier). Het zijn granieten zuiltjes van ongeveer een meter hoog met bovenaan een (een Franse, Belgische of Britse) helm die op een lauwerkrans rust. Op de zijden komt de naam van de frontsector; de tekst “Ici fut arrêté l’envahisseur” en “Here the invader was brought to a standstill” en verschillende soldatenattributen zoals veldfles, gasmasker, Britse munitiezak aan gekruiste koppelriemen. Op de hoeken staat een handgranaat met palmtak. In België staan de drie types: die met Belgische adrianhelm met een leeuwenkop, die met Franse adrianhelm en het opschrift RF en die met de Britse brodiehelm.
Oorspronkelijk was het de bedoeling om 240 demarcatiepalen te plaatsen (een lijst opgesteld door Maarschalk Pétain) maar de financiering door de Touring Club slaagt maar gedeeltelijk en er komen er slechts 118, 22 in België en 96 in Frankrijk. Vandaag resten er nog 19 in België en 78 in Frankrijk.
De Duitsers richtten, tijdens WW2, een speciale Trophäenbrigade op die alle monumenten of herinneringen aan de Duitsers uit Wereldoorlog I moest vernietigen of weghalen. Enkele demarcatiepalen werden vernietigd, op andere werd de tekst “Ici fut arrêté l’envahisseur” weggebeiteld (enkele palen ontsnapten, zoals die van Ramskapelle en Oud-Stuivekenskerke). Na de oorlog werd de verdwenen tekst terug op de beschadigde gedenkstenen gebeiteld, ditmaal in het Nederlands “Hier werd de overweldiger tot staan gebracht”.
De noordelijkste demarcatiepaal van het westfront is te vinden in Nieuwpoort-bad nabij de linkeroever van de havengeul. De zuidelijkste demarcatiepaal van de Westhoek bevindt zich in Loker.
Op ROUTEYOU staat een fietstocht (74 km) die de 19 nog overgebleven demarcatiepalen in België verbindt. De route start in Nieuwpoort en eindigt in Loker, vlak bij de Franse grens. Bij benadering rijdt men dus langs het front van de eerste Wereldoorlog.
https://www.routeyou.com/nl-be/route/view/1007605/fietsroute/the19demarcationstones
Er is ook een “Large” versie van deze route (129 km), die voor een mooie terugrit zorgt, die zo gekozen is dat men flink kan doorrijden om zo de totale afstand op één dag te kunnen afleggen.
https://www.routeyou.com/nl-be/route/view/1022241/racefietsroute/the19demarcationstoneslarge
Oostelijk front
Het oostfront in de Eerste Wereldoorlog was het toneel van oorlogshandelingen tussen de Centralen (Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Ottomaanse Rijk, Bulgarije) en Rusland. In tegenstelling tot het westfront, dat in een patstelling stond, was het oostfront relatief beweeglijk.